Het college heeft in 2014 een grondige risicoanalyse uitgevoerd op de nieuwe taken in het sociaal domein. In 2015 zijn de risico’s een aantal keren geactualiseerd. In de 1e trimesterrapportage sociaal domein en de tussentijdse rapportage zijn de resultaten hiervan opgenomen.
Voor de risicoanalyse hanteren wij een aanpak waarbij strategie (doelstellingen) en risico’s van de decentralisaties aan elkaar worden gekoppeld. Op basis van de systematiek van risicomanagement van onze gemeente hebben wij de risico’s nader uitgewerkt en is het risicobedrag berekend.
De dynamiek in het sociaal domein en het belang van de risico’s van de decentralisaties maakten dat het college de benoemde beheersmaatregelen in 2015 nauwgezet heeft gemonitord en zoals aangegeven de risico’s en de calculatie van de mogelijke financiële gevolgen regelmatig heeft geactualiseerd. In het afgelopen jaar is het financieel effect van de TOP-risico’s in het sociaal domein afgenomen van ruim € 22 miljoen (oktober 2014), naar ruim € 19 miljoen (januari 2015), naar ruim € 15 miljoen (mei 2015) en naar bijna € 12 miljoen (september 2015). Met name alle lobby-inspanningen die wij samen met andere (nadeel)gemeenten hebben geleverd, zijn een effectieve beheersmaatregel gebleken. Ook de intensieve contacten van onze accountmanagers met de zorginstellingen hebben hun vruchten afgeworpen. En wellicht heeft het in gang gezette transformatieproces in het sociaal domein in Apeldoorn al meer resultaat opgeleverd dan voorzien.
Risicobedrag 3 D’s
Een deel van de eerder benoemde risico’s was incidenteel van karakter. In de loop van 2015 is er meer duidelijkheid gekomen over de bekostiging en de uitvoering van de 3 D’s en is het aantal risico’s afgenomen van 21 naar 16. Echter, er resten nog steeds veel onzekerheden. Daardoor blijft het lastig om het financieel effect van deze risico’s goed te calculeren. Dat neemt niet weg dat wij een zo goed mogelijke calculatie hebben gemaakt. In het kader van dit jaarverslag beperken wij ons tot de rapportage over de drie TOP-risico’s.
Voor het zorgdomein hebben wij per zorgtaak de bandbreedte van het risico getaxeerd en nemen wij het gemiddelde hiervan als het financieel effect (€ 7 miljoen). In onderstaande tabel geven wij op die manier berekende bedragen van de taken in het zorgdomein weer.
Inschatting risico's taken zorgdomein | Financieel effect | Minimum tekort | Maximum tekort |
Beschermd wonen | 2.000.000 | 0 | 4.000.000 |
Maatschappelijke opvang | 1.000.000 | 0 | 2.000.000 |
WMO lokaal | 2.000.000 | 0 | 4.000.000 |
Jeugdzorg | 2.000.000 | 0 | 4.000.000 |
TOTAAL | 7.000.000 | 0 | 14.000.000 |
Voor de Bijstand gaan wij uit van een risico dat overeenkomt met het bedrag dat wij in de MPB op hebben genomen als vrij te spelen budgetruimte op de Bijstand (structureel circa € 2,7 miljoen vanaf 2018). In de jaren daarvoor gaat het om budgetten van € 850.000 (2016) en € 1,7 miljoen (2017). Wij gaan er vanuit dat de huidige Vangnetregeling de komende jaren wordt gecontinueerd. In de MPB hebben we al rekening gehouden met het tekort dat voor eigen rekening van onze gemeente komt (circa 7,5% van de Rijksbijdrage). De risico’s rond de Bijstand houden namelijk verband met onzekerheden rond het structurele vangnet, het resultaat van de verbetering van het verdeelmodel en de bijbehorende ontwikkeling van de rijksvergoeding Bijstand de komende jaren (als die stijgt, neemt overigens het eigen risico van de gemeente verder toe). Wij gaan er vanuit dat zich hierin geen ingrijpende veranderingen (bijvoorbeeld wegvallen van het vangnet) voordoen. Als dit in de toekomst toch het geval blijkt te zijn, dan ontstaat een geheel andere situatie die om nieuwe afwegingen vraagt.
Wij hebben de TOP-risico’s die samenhangen met de decentralisaties op basis van de systematiek van risicomanagement van onze gemeente nader uitgewerkt door elk risico te classificeren (financieel effect, kans, tijdsperspectief, het benodigd weerstandsvermogen en impact op doelstellingen en imago) naar de situatie van januari 2016. Resultaat is een risicobedrag van € 10,8 miljoen.
TOP- risico's 3 D's | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Nr. | Risico | Financieel effect | Kans | I/S | Netto financieel gevolg input paragraaf weerstandsvermogen | Impact op de doelstelling | Impact op het Imago | Totaal score |
Nr. | Risicogebeurtenis | Financieel effect | Kans | I/S | Risicobedrag | |||
1 | Structureel onvoldoende budget taken zorgdomein *) | 7.000.000 | 50% | S | 7.000.000 | 9 | 8 | 17 |
2 | Structureel onvoldoende budget taken Bijstand **) | 2.750.000 | 60% | S | 3.300.000 | 9 | 8 | 17 |
3 | Borgen continuïteit zorg en opvangen frictiekosten | 1.000.000 | 50% | I | 500.000 | 6 | 7 | 13 |
Totaal risico's | 10.750.000 | 10.800.000 | ||||||
*) Voor dit risico geldt dat de risicobedragen nog niet eenvoudig zijn te bepalen. De bandbreedte voor elk van de deelrisico's blijft groot. Bij het bepalen van de risicobedragen hebben wij het midden van de bepaalde brandbreedtes per zorgtaak als uitgangspunt genomen. | ||||||||
**) Hierbij veronderstellen wij dat de huidige Vangnetregeling de eerstkomende jaren wordt gecontinueerd. In de MPB is er al rekening mee gehouden dat het geraamde deel van het tekort dat voor eigen rekening van onze gemeente komt (circa 7,5% van de Rijksbijdrage) wordt gedekt uit eigen middelen. Voor de jaren 2016-2019 ramen wij een bedrag aan vrij te spelen budgetruimte dat oploopt van € 850.000 in 2016 tot € 2.750.000 in 2019. Deze laatste post hebben wij als risicobedrag opgenomen. |
De risico’s zijn in 2015 afgenomen. Voor de komende jaren is zeker dat de rijksvergoedingen die wij ontvangen zullen afnemen. Onzeker is in welk tempo het transformatieproces zal verlopen en tot welke kostenreductie dit de komende jaren gaat leiden. Ook het financieel effect van de extramuralisering van de zorg laat zich op dit moment nog niet goed becijferen.
Grafiek 4.3: Ontwikkeling risico's Algemene dienst en financieel effect |
Weerstandscapaciteit en weerstandsvermogen 3 D’s
Wij stellen voor om de resultaten 2015 op de budgetten voor het sociaal domein, totaal 14,2 miljoen, te reserveren in een bestemmingsreserve sociaal domein. In februari hebben we in een brief aan de gemeenteraad deze reservering toegelicht. De voorgestelde storting valt hoger uit dan in de brief vermeld.
Enerzijds is de reservering een borging van het gemeentelijk uitgangspunt, dat alle gelden, die de gemeente ontvangt voor het sociaal domein hiervoor ook beschikbaar blijven. Anderzijds worden hiermee ook de risico's in het sociaal domein voor de komende jaren afgedekt. Met deze reservering bedraagt de weerstandscapaciteit voor het sociaal domein € 14,2 miljoen. Het weerstandsvermogen (=weerstandscapaciteit/ risicobedrag) is 1,3 (norm > 1).